De nietigverklaring van de wettelijke samenwoning
De wettelijke samenwoning kan nietig worden verklaard op basis van het gemeenrechtelijke contractenrecht.
Wettelijke samenwoning is een vermogensrechtelijk contract in de zin van de wet. Daarom zijn de gewone regels van het contractenrecht van toepassing op de wettelijke samenwoning. Als algemene regel kan men zeggen dat de nietigverklaring van de wettelijke samenwoning onder het gemeenrechtelijk contractenrecht valt. Bijgevolg zal de vordering tot nietigverklaring dus verjaren na verloop van tien jaar (art. 1304 oud BW).
Echter heeft men met de wet van 2 juni 2013 een bijzondere nietigheidsregeling gecreëerd voor de gevallen van schijnwettelijke samenwoning en gedwongen wettelijke samenwoning. Deze twee specifieke gevallen leveren dus beide een afzonderlijke grond van nietigheid van de wettelijke samenwoning op.
Schijnwettelijke samenwoning is aan de orde, wanneer blijkt dat de intentie van één of beide partners uitsluitend is gericht op het verwerven van verblijfsrechtelijke voordelen (die men zou verkrijgen ten gevolge van het statuut van wettelijk samenwonende).
Gedwongen wettelijke samenwoning is aan de orde, wanneer blijkt dat er geen vrije toestemming van beide partners was of de toestemming van één of beide partners gegeven was onder bedreiging of geweld.
Wie kan de nietigverklaring vragen?
Krachtens artikel 1476quinquies van het oud Burgerlijk Wetboek kunnen deze twee specifieke nietigheidsgronden worden ingeroepen door de wettelijk samenwonende partners en ieder die daarbij belang heeft.
Het Openbaar Ministerie is verplicht de vordering tot nietigverklaring in te stellen, indien hij kennis krijgt van een schijnwettelijke samenwoning of gedwongen wettelijke samenwoning.
Wat zijn de gevolgen van de nietigverklaring van de wettelijke samenwoning?
Het vonnis van nietigverklaring wordt betekend aan de partijen. De nietigverklaring zal zijn uitwerking hebben de dag waarop het vonnis in kracht van gewijsde gaat. Nadat het vonnis in kracht van gewijsde gaat, zal de griffier een uittreksel van de uitspraak overmaken aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de woonplaats van beide partners en aan de Dienst Vreemdelingenzaken. De ambtenaar van de burgerlijke stand maakt onmiddellijk melding van de nietigverklaring in het bevolkingsregister (art. 1476quinquies, §1 oud BW).
De nietigverklaring zal met terugwerkende kracht zijn (= ex tunc). Men draait bij wijze van spreken de klok terug, en doet alsof de wettelijke samenwoning nooit heeft bestaan. Echter bestaan er wel enkele uitzonderingen op deze verregaande regel (artikel 1476quinquies, §2 oud BW).
Ten eerste blijven de gevolgen voor het verleden van de wettelijke samenwoning gelden ten voordele van de partner die te goeder trouw was. Met andere woorden, de partner die overtuigd was dat hij een geldige wettelijke samenwoning was aangegaan.
Ten tweede blijven de gevolgen voor het verleden van de wettelijke samenwoning gelden ten voordele van de kinderen. Hier is niet vereist dat één van de beide partners te goeder trouw was.
Alles over de wettelijke samenwoning
Alles over de feitelijke samenwoning