Gebruik van een mobiele telefoon tijdens het rijden is verboden
Het gebruik van een mobiele telefoon tijdens het rijden is verboden sinds 1 juli 2010, behalve als je een handsfree-kit gebruikt. Dit verbod is vastgelegd in art. 8.4 van de Wegcode: “Behalve wanneer zijn voertuig stilstaat of geparkeerd is, mag de bestuurder geen gebruik maken van een draagbare telefoon die hij in de hand houdt.”
Het overtreden ervan wordt gestraft met een geldboete van minstens 60,00 EUR. Er bestaat geen wettelijke definitie van wat men onder gebruik van een mobiele telefoon verstaat. Hierdoor worden nagenoeg alle handelingen met het mobiele toestel tijdens het rijden verboden, maar enkel als je het toestel in de hand houdt. Handsfree bellen is wél toegelaten, vermits men het gsm-toestel niet in de hand houdt. Maar volgens het BIVV-onderzoek kijken wij tijdens het handenvrij bellen 44% minder naar verkeersborden en 28% minder naar andere weggebruikers in vergelijking met de situatie waarin we niet aan het bellen zijn. Onze aandacht wordt blijkbaar aanzienlijk afgeleid, zelfs als we handenvrij aan het bellen zijn, hetgeen een invloed zou hebben op onze rijvaardigheid. Vandaar dat er stemmen opgaan om handsfree bellen ook te verbieden.
Moet handsfree bellen verboden worden?
Wij zijn van mening dat er geen nood is aan een bijkomend wettelijk verbod, omwille van de hiernavolgende juridische argumenten.
Is een dergelijk verbod geen overregulering en in strijd met de persoonlijke vrijheid van de bestuurder? Een verbod op handsfree bellen zou dan ook moeten leiden tot een verbod op alle handelingen die de bestuurder zouden kunnen afleiden, zoals praten met de passagiers, eten en drinken, het veranderen van radiozender, enz... Ook deze gedragingen, hoe onschuldig ze ook zijn, leiden tot afleiding en onoplettendheid. Handsfree bellen verbieden lijkt ons dan ook in strijd met het proportionaliteitsbeginsel. Bovendien lijkt het zeer moeilijk om inbreuken op dergelijk verbod te bewijzen. Ten slotte is er nog een overkoepelende bepaling in de Wegcode, waardoor bestuurders die handsfree bellen, en daardoor onoplettend zijn, kunnen bestraft worden.
Art. 8.3. van de Wegcode bepaalt immers: “Elke bestuurder moet in staat zijn te sturen, en de vereiste lichaamsgeschiktheid en de nodige kennis en rijvaardigheid bezitten. Hij moet steeds in staat zijn alle nodige rijbewegingen uit te voeren en voortdurend zijn voertuig of zijn dieren goed in de hand hebben”.
Dus alle gedragingen waarvan hoger spraken, en waaronder ook het handenvrij bellen, die een u beletten alle nodige rijbewegingen uit te voeren, kunnen reeds gestraft worden. Politiediensten kunnen ook probleemloos een inbreuk op deze bepaling vaststellen.
Het standpunt van Vlaams Minister van Mobiliteit
De minister bleek geen voorstander van een dergelijk verbod.
Dus alle gedragingen waarvan hoger spraken, en waaronder ook het handenvrij bellen, die een u beletten alle nodige rijbewegingen uit te voeren, kunnen reeds gestraftworden. Politiediensten kunnen ook probleemloos een inbreuk op deze bepaling vaststellen. Wij sluiten ons dus aan bij het standpunt van Vlaams Minister van Mobiliteit Ben WEYTS, die geen voorstaander bleek van een dergelijk verbod.
Handenvrij bellen in de media
De problematiek van het handsfree bellen achter het stuur is recentelijk uitvoerig in de media gekomen ingevolge een BIVV-onderzoek in opdracht van RADIO 2.