Met de nieuwe wet van 18 juni 2018 houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenbeslechting is heel wat gewijzigd aan de regels inzake appartementsmede-eigendom.
Deze wijzigingen zijn het gevolg van en maatschappelijke tendens waarbij sedert enkele jaren steeds meer appartementen en steeds grotere projecten worden gerealiseerd.
De laatste wijzigingen dateren alweer van 2 juni 2010 die aanpassingen invoerde met betrekking tot de wet van 30 juni 1994.
De nieuwe wet is gesteund op vier krachtlijnen: flexibilisering in de werking van de vereniging van mede-eigenaars en haar organen, optimalisering van de efficiëntie, herbalancering binnen de mede-eigendom en verduidelijkt de wet op een aantal punten.
De algemene beginselen vervat in artikel 557-2 Burgerlijk Wetboek blijven onverminderd van kracht maar enkele nieuwigheden verdienen onze aandacht.
Procedure en bevoegdheden voorlopige bewindvoerder
Een van de nieuwigheden werd ingelast met artikel 557-9, §1/1 Burgerlijk Wetboek met betrekking tot de invoering van een voorlopige bewindvoerder.
Vooraleer een voorlopige bewindvoerder kan worden gevorderd door de syndicus of door een of meerdere mede-eigenaars met minstens 1/5 van de aandelen bij de vrederechter, moet aan een aantal voorwaarden zijn voldaan.
De procedure kan worden gevolgd wanneer het financieel evenwicht ernstig in het gedrag is of het onmogelijk is om het behoud van het gebouw of de overeenstemming ervan met de wettelijke verplichtingen te behouden.
De voorlopige bewindvoerder zal verscheidene patsituaties kunnen oplossen met alle bevoegdheden die hem toekomen in de plaats van het bevoegde orgaan (algemene vergadering dan wel syndicus).
Voorts kan deze voorlopige bewindvoerder bepaalde werken die wettelijk verplicht zijn en waar men geen meerderheid voor krijgt laten uitvoeren (voorbeeld: brandveiligheid, liften, dakisolatie, enzovoort).
Ook kan de voorlopige bewindvoerder naargelang zijn opdracht voorschotten bepalen, inningen doen m.a.w. desgevallend bevoegdheden uitoefenen van alle organen van de vereniging van mede-eigendom.
Verdere invulling vereist door rechtspraak
Echter zijn er nog tal van onduidelijkheden aangaande de aanstelling van dergelijke voorlopige bewindvoerder hetgeen de rechtspraak nog verder zal moeten verduidelijken. Hoe dient het begrip ‘voorlopig’ te worden geïnterpreteerd naargelang duurtijd ervan of hoe dient deze voorlopige bewindvoerder worden gevorderd voor de vrederechter.
Deze nieuwe mogelijkheid treedt in werking vanaf 1 januari 2019.
Het staat dan ook vast dat de toekomst zal moeten uitwijzen wat de geplande wijzigingen tot gevolg zullen hebben.
Leg uw vraag voor aan Wanted Law
Wanted Law staat in elk geval klaar om u hierbij met raad en daad bij te staan. Aarzel dan ook niet om ons te contacteren. Ook indien u vragen hebt bij de bestaande reglementering mag u ons steeds contacteren.