Abortus
Sinds 1990 is abortus of de vrijwillige zwangerschapsafbreking niet meer strafbaar onder bepaalde voorwaarden. Het gaat er dus om wanneer het recht op zelfbeschikking van de vrouw in strijd is met het recht op leven van de foetus. In bepaalde gevallen erkent men het recht op zelfbeschikking van de vrouw om een vrijwillige zwangerschapsafbreking uit te voeren. Aanvankelijk werd de wet opgenomen in het Strafwetboek, maar door de stigmatisering werd het later overgeheveld naar een bijzondere wet (Wet Vrijwillige Zwangerschapsafbreking).
Algemene regeling en voorwaarden.
Voor een wettelijke zwangerschapsafbreking (abortus) dienen er een aantal voorwaarden vervuld te zijn. Eerst en vooral moet de zwangerschapsafbreking plaatsvinden binnen de 12 weken na de bevruchting. De bedenktermijn is hier niet inbegrepen. Dus indien de bedenktermijn van 6 dagen op het einde van de termijn van 12 weken plaatsvindt, kan deze termijn wel pro rata verlengd worden. Daarnaast mag niet zomaar iedere arts de abortus uitvoeren. Het moet gaan om een arts in een instelling voor gezondheidszorg waaraan een voorlichtingsdienst verbonden is. Deze arts zal de vrouw dan inlichten over haar rechtspositie en mogelijkheden. Daarnaast moet de arts de vrouw ook inlichten over de medische risico’s van de zwangerschapsafbreking. Hierna moet de arts de vaste wil van de vrouw om de zwangerschap af te breken nagaan. Het gaat om een informed consent.
Dan is er ook nog de vereiste van de bedenktermijn van 6 dagen. De arts mag de abortus dus niet onmiddellijk na de eerste raadpleging verrichten. Er is steeds een bedenktermijn van 6 dagen na de eerste raadpleging. Het gaat om een verplichte bezinningsperiode. In uitzonderlijke situaties waarbij er sprake is van een dringende medische noodzaak voor de vrouw kan men van de bedenktermijn afwijken.
Als laatste is er ook nog een schriftelijke toestemming van de vrouw vereist op de dag van de ingreep zelf. De instemming van de echtgenoot van de vrouw of de verwekker van het kind is niet nodig, en dus ook geen vereiste voor de zwangerschapsafbreking.
Kan een arts gedwongen worden om een abortus uit te voeren?
Artikel 2, 7° van de Wet Vrijwillige Zwangerschapsafbreking bepaalt: “Geen arts, geen verpleger of verpleegster, geen lid van het paramedisch personeel kan gedwongen worden medewerking te verlenen aan een zwangerschapsafbreking. De aangezochte arts is gehouden de vrouw bij haar eerste bezoek in kennis te stellen van zijn weigering. Hij vermeldt in dat geval de contactgegevens van een andere arts, van een centrum voor zwangerschapsafbreking of van een ziekenhuisdienst waar ze terecht kan met een nieuw verzoek tot zwangerschapsafbreking. De arts die de vrijwillige afbreking weigert uit te voeren, stuurt het medisch dossier door naar de nieuwe arts die de vrouw raadpleegt.”
Men kan nooit een arts, verpleger, verpleegster of lid van het paramedisch personeel verplichten om mee te werken aan een zwangerschapsafbreking. Wanneer de arts weigert, moet deze de vrouw inlichten over zijn weigering bij het eerste bezoek. Daarnaast is er ook een doorverwijsplicht in de wet opgenomen. Dit houdt in dat wanneer de arts weigert om de abortus uit te voeren, hij verplicht is om de vrouw naar een andere arts door te verwijzen. Wanneer de arts de vrouw toch niet doorverwijst, voorziet de Wet niet in een sanctie.
Uitzondering op de termijn van 12 weken?
Het is mogelijk dat er toch nog een abortus plaatsvindt na de termijn van 12 weken. Dit kan wanneer er een bijkomende indicatie is. Dit kan het geval zijn wanneer het voltooien van de zwangerschap een ernstig gevaar inhoudt voor de gezondheid van de vrouw. Een andere indicatie is, wanneer het vaststaat dat het kind zal lijden aan een uiterst zware kwaal die ongeneeslijk is.
In deze uitzonderingsgevallen kan de arts de abortus niet zelf verrichten, maar is de medewerking van een tweede arts vereist.
Er is voor zwangerschapsafbreking buiten de termijn geen maximumtermijn voorzien in de Wet zelf. Uit de voorbereidende werkzaamheden blijkt wel dat de zwangerschapsafbreking enkel mogelijk is zolang de foetus niet zelfstandig levensvatbaar is, wat ongeveer tot de 24e week na de bevruchting is.
Wat als de voorwaarden voor abortus niet allemaal werden vervuld?
Wanneer niet alle wettelijke vereisten voldaan zijn, maar er toch een zwangerschapsafbreking plaatsvindt, is er sprake van een strafbaar feit (misdrijf). Het gaat dan zowel om de arts als de vrouw zelf die strafbaar zijn. De arts riskeert hierbij een gevangenisstraf van drie maanden tot een jaar en een geldboete van 100 tot 500 EUR. De vrouw riskeert een gevangenisstraf van een maand tot een jaar en een geldboete van 50 tot 200 EUR.
Het verhinderen van de toegang tot vrijwillige zwangerschapsafbreking.
Daarnaast is het verhinderen van de vrije toegang van een vrouw tot een instelling die vrijwillige zwangerschapsafbrekingen uitvoert, eveneens strafbaar. Diegene die dat doet, riskeert een gevangenisstraf van drie maanden tot een jaar en een geldboete van 100 tot 500 EUR.
Heeft u een vraag voor de advocaten van Wanted Law?
Kom te weten wat uw mogelijkheden zijn en contacteer de advocaten van Wanted Law. Zij staan voor u klaar om u te helpen!
Kom ook alles te weten over
Anderen zijn ook op zoek naar
Wat onze cliënten vinden van Wanted Law
Nog niet overtuigd van Wanted Law? Lees dan de recensies van onze cliënten.