Rechtspersoonlijkheid.
Niet iedereen kan zomaar een rechtsvordering instellen. Hiervoor moet de persoon die in rechte optreedt aan vier vereisten voldoen. Hij moet namelijk rechtspersoonlijkheid, bekwaamheid, de juiste hoedanigheid en belang bezitten. In deze Wanted Wiki gaan we dieper in op de rechtspersoonlijkheid. Dit houdt in dat het recht degene die optreedt ziet als een persoon en zijn bestaan erkent. Zij hebben met andere woorden ook bepaalde rechten en verplichtingen. Niet alleen mensen maar ook vennootschappen en verenigingen kunnen rechtspersoonlijkheid bezitten.
Natuurlijke personen
Mensen zoals u en ik zijn natuurlijke personen en hebben in het Belgische recht rechtspersoonlijkheid. Het gaat om elke mens en alleen om mensen, dus geen planten en dieren. Deze rechtspersoonlijkheid geldt alleen maar zolang wij leven, dus vanaf onze geboorte tot aan ons overlijden. Wel zal een loutere geboorte niet volstaan. Om rechtspersoonlijkheid te krijgen moet men ook levend en levensvatbaar worden geboren. Wanneer wij overleden zijn verliezen we onze rechtspersoonlijkheid waardoor een eis die door of tegen een overledene werd ingesteld niet wordt toegelaten. Indien er al een eis was ingesteld en een partij overlijdt tijdens de procedure, blijft de eis toelaatbaar, maar kan de procedure worden geschorst (artikel 853 Gerechtelijk Wetboek). Een schorsing houdt in dat de procedure tijdelijk niet verder wordt gezet en later wordt hervat.
Feitelijke verenigingen of vennootschappen zonder rechtspersoonlijkheid
Een feitelijke vereniging ontstaat wanneer enkele personen beslissen om samen een belangeloos doel na te streven. Een belangeloos doel houdt in dat er geen winst wordt beoogd. De vereniging mag wel activiteiten organiseren die geld opbrengen (bijvoorbeeld een wafelverkoop) maar mag deze opbrengst enkel gebruiken om haar doel te verwezenlijken.
Wanneer drie vrienden beslissen om een club op te richten waar mensen kunnen samen komen om gezelschapspelletjes te spelen en zich kunnen aansluiten bij de club, is er een feitelijke vereniging. Een voordeel hiervan is dat er weinig formaliteiten en (extra) kosten komen bij kijken. Een groot nadeel is het gebrek aan rechtspersoonlijkheid. Bij problemen (bijvoorbeeld het clublokaal brandt af) kan de vereniging niet als zodanig worden gedagvaard, maar zal elk lid afzonderlijk in rechte moeten worden aangesproken. Ook in het omgekeerde geval moeten alle leden ofwel samen optreden als procespartij ofwel iemand mandateren die hun belangen zal behartigen.
De maatschap is de enige vennootschapsvorm die onder het huidige recht geen rechtspersoonlijkheid bezit. Zij zal niet als rechtspersoon kunnen optreden in rechte. Wanneer een groepering zonder rechtspersoonlijkheid toch wordt gedagvaard en in rechte optreedt, moet dit worden gemeld. Het gebrek aan rechtspersoonlijkheid raakt de openbare orde en zal daarom normaal gezien ook ambtshalve door de rechtbank moeten worden opgeworpen. Wordt een vereniging of groepering zonder rechtspersoonlijkheid ten gronde toch (ten onrechte) veroordeeld, dan kan zij toch een rechtsmiddel (hoger beroep) instellen, ook al is dit contradictorisch aangezien de vereniging geen rechtsperoonlijkheid bezit. De vereniging krijgt procesrechtspersoonlijkheid.
Verenigingen en vennootschappen met rechtspersoonlijkheid
Een groot verschil tussen feitelijke verenigingen enerzijds en verenigingen (bijvoorbeeld VZW’s) en vennootschappen (BV, NV, CV, V.O.F. en Comm.V.) anderzijds is het feit dat deze laatsten wel rechtspersoonlijkheid bezitten. Bij problemen kan de vereniging of vennootschap als zodanig worden aangesproken ten belope van hetgeen zij bezit. Dit wil niet zeggen dat zij om het even wanneer in rechte kunnen optreden. Ook de vereisten van belang en hoedanigheid moeten vervuld zijn. De rechtspersoonlijkheid start vanaf de neerlegging van de vereiste stukken op de griffie van de bevoegde ondernemingsrechtbank (artikel 2:6 Wetboek van vennootschappen en verenigingen (WVV)) en eindigt bij de ontbinding van deze rechtspersoon. Deze ontbinding kan vrijwillig zijn, van rechtswege plaatsvinden of door een rechter worden uitgesproken (artikel 2.70 WVV).
Functionele rechtspersoonlijkheid
Bepaalde verenigingen, zoals representatieve werknemersorganisaties (A.C.V., A.B.V.V. en A.C.L.V.B.), krijgen van de wetgever een functionele rechtspersoonlijkheid. In het algemeen bezitten zijn geen rechtspersoonlijkheid, maar in een aantal gevallen kunnen zij toch optreden als eiser of verweerder. Bijvoorbeeld:
- Artikel 4 CAO-wet 5 december 1968
- Artikel 32 Wet tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenophobie ingegeven daden 30 juli 1981
- Artikel 32duodecies Wet betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk 4 augustus 1996: in verband met geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk
- Artikel 79 Wet betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk 4 augustus 1996
- Artikel 20 Wet op de gelijke behandeling van mannen en vrouwen ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden, de toegang tot het arbeidsproces en de promotiekansen, de toegang tot een zelfstandig beroep en de aanvullende regelingen voor sociale zekerheid.
Nog vragen?
Contacteert u gerust de advocaten van Wanted Law. Zij staan voor u klaar om u te helpen!