Op wie is het Gerechtelijk Wetboek van toepassing?
Het Gerechtelijk Wetboek is in principe van toepassing op elk rechtssubject. Rechtssubjecten zijn natuurlijke personen en rechtspersonen die drager zijn van subjectieve rechten en plichten.
Voor sommige personen is er wel in een uitzondering voorzien. Te denken valt aan diplomaten, consuls, vreemde staten indien zij bepaalde handelingen stellen. Zij genieten van een bepaalde ‘immuniteit van rechtsmacht’ en/ of een speciaal statuut. In wat volgt wordt deze immuniteit van rechtsmacht nader toegelicht.
Immuniteit van rechtsmacht.
Immuniteit van rechtsmacht is een begrip in het internationaal recht en houdt in dat iemand die door een staat (zendstaat) gezonden wordt naar een andere staat (gast- of ontvangststaat) niet voor een rechtscollege van deze laatste staat kan worden gedagvaard. Dit wil niet zeggen dat deze persoon zich niet aan de regels van het gastland moet houden. Enkel een vervolging voor een rechtscollege is uitgesloten, hoewel het mogelijk is dat de persoon of de zendstaat afstand doet van deze immuniteit.
Vreemde staten.
Vreemde Staten kunnen niet voor een Belgisch rechtscollege worden gebracht wanneer zij handelingen stellen om de bevoegdheden van de overheid uit te oefenen (iure imperii). Wanneer zij daarentegen handelingen als particulier (iure gestionis) stellen geldt deze immuniteit niet meer. Twee elementen die vaak terugkomen om dit onderscheid te maken zijn de aard van de handeling en de hoedanigheid waarin de staat optreedt. Toch zijn er handelingen waarvan men aanneemt, los van deze twee criteria, dat de staat geen immuniteit geniet. Dit is bijvoorbeeld zo wanneer er een geschil ontstaat omtrent een arbeidsovereenkomst tussen een staat en een natuurlijk persoon om werken te verrichten in dat andere land.
Consuls, diplomaten, internationale organisaties en ambtenaren.
Bij consuls, diplomaten, internationale organisaties en ambtenaren zal men niet kijken naar de aard van de handeling. Om te weten of hun immuniteit geldt is het doorslaggevend of deze personen optraden in vermelde hoedanigheid. Het type handeling (iure imperii of iure gestionis) zal dan niet ter sprake komen.
Koning, leden van het parlement en de regering.
The King can do no wrong. De koning is onschendbaar (artikel 88 Grondwet) en kan bijgevolg ook niet burgerrechtelijk ter verantwoording worden geroepen. Indien hij zijn verbintenissen niet nakomt of een onrechtmatige daad begaat en u hiervoor schadevergoeding wenst, kan u de koning niet persoonlijk voor de rechtbank dagvaarden. Het vermogen van de koning is daarentegen niet onschendbaar. Er kan met andere woorden wel een burgerlijke vordering worden ingesteld tegen de intendant of administrateur van de ‘civiele lijst’ (artikel 41 Gerechtelijk Wetboek). De civiele lijst (artikel 89 Grondwet) omvat de middelen die ter beschikking staan van de Koning om zijn functie met enige waardigheid te kunnen uitoefenen.
Parlementsleden, ministers en staatssecretarissen kunnen ook niet (burgerrechtelijk) worden vervolgd naar aanleiding van een uitgebrachte mening of een stem in de uitoefening van hun functie (artikel 58 en 101 Grondwet). Bij gevolg zullen de regels uit het Gerechtelijk Wetboek in dat geval niet op hen van toepassing zijn.
Uitvoeringsimmuniteit.
Bovenvermelde staten en personen krijgen in sommige gevallen nog een bijkomende ‘bescherming’. Een uitvoeringsimmuniteit houdt in dat een verkregen uitspraak of een uitvoerende of bijwarende maatregel (bijvoorbeeld beslag) niet kan worden uitgevoerd. In dat geval zullen de regels uit het Gerechtelijk Wetboek ook niet van toepassing zijn ten aanzien van de persoon of op de goederen die van deze immuniteit genieten.
Nog vragen?
Contacteert u gerust de advocaten van Wanted Law. Zij staan voor u klaar om u te helpen!