Wat zijn de straffen wanneer u blijft rijden tijdens een periode van rijverbod of onmiddellijke intrekking?

Wat zijn de straffen van het besturen van een motorvoertuig tijdens het rijverbod?

U kan zwaar gestraft worden wanneer u een motorvoertuig bestuurt tijdens de periode van het rijverbod. Artikel 48 Wegverkeerswet bepaalt: 

“Met gevangenisstraf van vijftien dagen tot twee jaar en met geldboete van 500 euro tot 2 000 euro of met een van die straffen alleen en met het verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig voor een duur van ten minste drie maanden en ten hoogste vijf jaar of levenslang, wordt gestraft, hij die:

1° een voertuig of een luchtschip bestuurt, een rijdier geleidt of een bestuurder begeleidt met het oog op de scholing, spijts het tegen hem uitgesproken verval;

2° een motorvoertuig bestuurt van de categorie bedoeld in de beslissing van vervallenverklaring of een bestuurder begeleidt met het oog op de scholing, zonder het voorgeschreven onderzoek met goed gevolg te hebben ondergaan.”

U riskeert dus:

• een gevangenisstraf van vijftien dagen tot twee jaar EN een geldboete van 500 tot 2.000 EUR;
• een gevangenisstraf van vijftien dagen tot twee jaar OF een geldboete van 500 tot 2.000 EUR;
• een bijkomend rijverbod van drie maanden tot vijf jaar of levenslang. 

Op de geldboetes moeten ook nog de opdeciemen toegepast worden, dus X8!

Wat als u toch een motorvoertuig bestuurt tijdens de onmiddellijke intrekking?

Ook op het rijden tijdens de onmiddellijke intrekking van het rijbewijs staat een zware sanctie volgens artikel 30, §3 Wegverkeerswet:

“Met gevangenisstraf van drie maanden tot twee jaar en met geldboete van 200 euro tot 2000 euro of met een van die straffen alleen, en met het verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig voor een duur van ten minste drie maanden en ten hoogste vijf jaar of levenslang, wordt gestraft hij die een motorvoertuig bestuurt of een bestuurder begeleidt met het oog op scholing terwijl zijn rijbewijs of het als zodanig geldende bewijs dat vereist is voor het besturen van dat voertuig of voor het begeleiden met het oog op scholing met toepassing van artikel 55 onmiddellijk is ingetrokken of terwijl de onmiddellijke intrekking met toepassing van artikel 55bis is verlengd.”

U riskeert dus:

• een gevangenisstraf van drie maanden tot twee jaar EN een geldboete van 200 EUR tot 2.000 EUR;
• een gevangenisstraf van drie maanden tot twee jaar OF een geldboete van 200 EUR tot 2.000 EUR;
• een bijkomend rijverbod van 3 maanden tot 5 jaar of levenslang. 

De minimumgevangenisstraf is hier hoger dan wanneer u rijdt tijdens het rijverbod, namelijk minimum 3 maanden i.p.v. minimum vijftien dagen. De minimumgeldboete is dan weer lager, met name 200 EUR i.p.v. 500 EUR.

De geldboetes moet u nog verhogen met de opdeciemen (x8), wat een groot verschil uitmaakt!