Voor welke overtredingen riskeert u een rijverbod?
Een rijverbod, of het verval van het recht tot sturen van een motorvoertuig, komt vaak voor als straf in het wegverkeersrecht. Het is een straf die de politierechter kan of soms moet opleggen bij bepaalde verkeersinbreuken. Een rijverbod betekent dat u voor een bepaalde periode geen motorvoertuigen mag besturen.
Wanneer kan de politierechter een rijverbod opleggen?
Artikel 38 van de Wegverkeerswet bepaalt voor welke gevallen het mogelijk is dat de politierechter het rijverbod uitspreekt:
- Intoxicatie (art. 34 Wegverkeerswet);
- Het aanzetten tot dronken sturen (art. 37 Wegverkeerswet);
- Verdovende middelen (art. 37bis, § 1 Wegverkeerswet);
- Het niet tijdig inleveren van het rijbewijs na een rijverbod (art. 49/1 Wegverkeerswet);
- Uitrusting die of elk ander middel dat de vaststelling van overtredingen van deze wet en van de reglementen betreffende de politie over het wegverkeer, bemoeilijkt of verhindert (art. 62bis Wegverkeerswet);
- Verkeersongeval te wijten aan het persoonlijk toedoen van de dader en als de veroordeling wordt uitgesproken wegens doding of verwonding;
- Overtredingen van de tweede of de derde graad (art. 29, § 1 Wegverkeerswet);
- Enige overtreding van de Wegverkeerswet binnen drie jaar vóór de overtreding;
- Rijden zonder rijbewijs (art. 30, §1 en §2, 1° Wegverkeerswet);
- Vluchtmisdrijf zonder gewonden (art. 33, §1 en §3, 1° Wegverkeerswet);
- Het overschrijden van de toegelaten maximumsnelheid (art. 29, § 3 Wegverkeerswet):
- De toegelaten maximumsnelheid overschreden met meer dan 30 kilometer per uur en hoogstens 40 kilometer per uur;
- De toegelaten maximumsnelheid overschreden met meer dan 20 kilometer per uur en hoogstens 30 kilometer per uur overschreden in een bebouwde kom, een zone 30, schoolomgeving, erf of woonerf.
In deze gevallen kan de politierechter een rijverbod uitspreken van ten minste acht dagen en ten hoogste vijf jaar.
Het is mogelijk om een rijverbod van meer dan vijf jaar of levenslang op te leggen indien:
- u werd veroordeeld voor een inbreuk op artikel 419 van het Strafwetboek, namelijk wegens onopzettelijke doding door een verkeersongeval;
- u binnen de drie jaar vóór de overtredingen bedoeld in artikel 38, 1° en 5° Wegverkeerswet, veroordeeld bent wegens een van deze overtredingen en voor het geval bedoeld in 4°.
Wanneer moet de politierechter een rijverbod opleggen?
In bepaalde gevallen is de rechter verplicht om een rijverbod op te leggen. Dit geldt onder meer voor de volgende gevallen:
- Snelheidsovertredingen van meer dan 30 kilometer per uur in de bebouwde kom, zone 30, schoolomgeving, werf of woonerf;
- Rijverbod van ten minste acht dagen en maximum vijf jaar
- Snelheidsovertredingen van meer dan 40 kilometer per uur;
- Rijverbod van ten minste acht dagen en maximum vijf jaar
- Toestand van dronkenschap of soortgelijke toestand ten gevolge van het gebruik van drugs of geneesmiddelen (art. 35 Wegverkeerswet);
- Rijverbod van ten minste één maand en maximum vijf jaar
- Rijden ondanks de onmiddellijke intrekking van het rijbewijs (art. 30, §3 Wegverkeerswet);
- Rijverbod van ten minste drie maanden en maximum vijf jaar of levenslang
- Vluchtmisdrijf na een ongeval met gewonden en/of doden (art. 33, §2 Wegverkeerswet);
- Rijverbod van ten minste drie maanden en maximum vijf jaar of levenslang
- Overtredingen van de vierde graad;
- Rijverbod van ten minste acht dagen en ten hoogste vijf jaar
- Het niet naleven van een opgelegd alcoholslot (art. 37/1, §4 Wegverkeerswet);
- Rijverbod voor een periode die ten minste even lang is als de periode waarin de geldigheid van het rijbewijs beperkt werd
- Rijden tijdens een rijverbod (art. 48 Wegverkeerswet).
- Rijverbod van ten minste drie maanden en maximum vijf jaar of levenslang
Kom ook alles te weten over
Geven onze cliënten ons een goed rapport?
Bekijk hier alle recensies van onze cliënten.