Het begrip "naam"
De naam is het woord of de combinatie van woorden waarmee een persoon verplicht wordt aangeduid in de maatschappij, en waarmee hij zich onderscheidt van andere personen. De naam bestaat uit enerzijds de familienaam en anderzijds de voornaam. Elke natuurlijke persoon wordt aangeduid met een familienaam, die in principe door de familie wordt doorgegeven, en met een voornaam, die het mogelijk maakt een persoon binnen zijn familie te onderscheiden. Beide staan vermeld in de geboorteakte (art. 44 oud BW.).
De mogelijkheden om de familienamen en voornamen te wijzigen worden geregeld in Boek I, titel VIII/1 van het oud Burgerlijk Wetboek.
Net als natuurlijke personen worden rechtspersonen aangeduid met een naam of benaming, die in hun oprichtingsakte is opgenomen. Voor bedrijven wordt ook de verkorte vermelding van hun vennootschapsvorm vermeld (BV, NV, ...).
De familienaam
De familienaam is het deel van de naam dat verschillende familieleden gemeen hebben en hierdoor kunnen onderscheiden van andere families. De familienaam ofwel het patronymicum werd oorspronkelijk doorgegeven van de vader.
Het kind kan de naam van de vader of moeder, of een combinatie van beide, aannemen. In geval van onenigheid draagt het kind de naam van de mede-ouder en de moeder in alfabetische volgorde, binnen de grenzen van één naam per ouder. De volgende kinderen van het stel moeten dezelfde naam hebben.
De voornaam
De voornaam is het tweede bestanddeel van de naam en is individueel aan een bepaalde persoon. De voornaam wordt gebruikt om op een unieke manier naar een persoon te verwijzen, dit in tegenstelling tot een familienaam, die gedeeld en geërfd wordt.
Het recht op naam?
Het recht op naam is een subjectief recht voor personen en is een jurisprudentiële constructie. Het gaat louter om een administratieve identificatie. De naam maakt deel uit van de persoonlijkheidsrechten en kan, indien nodig, worden beschermd door middel van een rechtsvordering (verbods- of schadevergoedingsvordering), bv. bij een aanmatiging van de naam.
Via een ander perspectief kan het recht op naam ook gezien worden als een fundamenteel mensenrecht. Elke pasgeborene moet onmiddellijk geregistreerd worden en dus een naam krijgen (artikels 24 (2) IVBPR en 7 (1) IVRK).
De naam als instelling van politie
Elk persoon is verplicht zowel de familienaam als de voornaam te dragen zoals vermeld in de geboorteakte. Toch is deze regel ook niet absoluut. Zo wordt ook het gebruik van pseudoniemen door de Belgische auteurswetgeving juridisch erkend (art. XI.165, §2 WER). Het bestrijden van identiteitsfraude is enkel mogelijk in het geval dat de dader de wil heeft om anderen te doen geloven dat de valse familienaam zijn echte naam is (art. 231 Sw.).
Kenmerken van de naam
Aangezien de naam een element is van de staat van de persoon is deze ook onderworpen aan enkele kenmerken:
- Universaliteit: elk persoon heeft een naam;
- Onveranderlijkheid: elk persoon moet de naam dragen zoals vermeld in de geboorteakte en kan deze slechts veranderen in de door de wet bepaalde situaties;
- Onverjaarbaarheid: het niet-gebruik van de naam kan onmogelijk resulteren in het verliezen van de naam en het bezitten van een andere naam gedurende een bepaalde periode kan niet resulteren in het verkrijgen van die naam;
- Onbeschikbaarheid: de familienaam kan slechts doorgegeven worden op de door de wet bepaalde wijze.
Een familienaam die gebruikt wordt als handelsmerk kan een vermogensrechtelijk statuut krijgen en kan daarom als voorwerp worden verhandeld in een overeenkomst. Daarbij kan de naam van de echtgenoot na een echtscheiding ook erkend worden als mogelijke overeenkomst.