Wat is de exceptio non adimpleti contractus?
Onder bepaalde voorwaarden kan u uw verplichtingen opschorten zolang de andere contractspartij zijn verplichtingen niet naleeft. Dit noemt met de niet-uivoeringsexceptie of in het Latijn de exceptio non adimpleti contractus (ENAC).
De exceptio non adimpleti contractus is de exceptie van niet-nakoming. ENAC is een opschortingsrecht. Een opschortingsrecht geeft een debiteur de bevoegdheid om de nakoming van zijn verbintenis op te schorten tot wanneer is voldaan aan de vordering die hij zelf heeft op de schuldeiser.
Wederkerige overeenkomsten.
In wederkerige overeenkomsten geldt automatisch het beginsel van de exceptio non adimpleti contractus. De exceptio non adimpleti contractus vindt zijn grondslag in de onderlinge afhankelijkheid die bestaat bij wederkerige verbintenissen. Bij wederkerige contracten kan men wachten met de nakoming van zijn eigen verbintenissen totdat de tegenpartij zijn verbintenissen heeft uitgevoerd. Het inroepen van de exceptie van de niet-nakoming vereist geen voorafgaande toestemming van de rechter.
Hierna een uitgebreidere bespreking van de toepassingsvoorwaarden van de exceptio non adimpleti contractus.
Wat zijn de toepassingsvoorwaarden van het opschortingsrecht?
Het inroepen van de exceptio non adimpleti contractus is onderworpen aan enkele voorwaarden. Achteraf is een controle van deze toepassingsvoorwaarden mogelijk door de rechter.
Ten eerste moet de debiteur zelf schuldeiser zijn van een vordering. Deze vordering moet als eerste opeisbaar zijn. M.a.w. de tegenpartij moet als eerste zijn verplichtingen nakomen. Het gaat dus om wederkerige verbintenissen.
Ten tweede zal de debiteur moeten bewijzen dat de tegenpartij in gebreke is gebleven zijn verbintenissen uit te voeren. De debiteur moet dus voorafgaand de tegenpartij meegedeeld hebben waarin ze tekortkomt. De niet-nakoming moet de schuld zijn van de tegenpartij. De niet-nakoming door de tegenpartij moet te maken hebben met een verbintenis uit hetzelfde wederkerig contract.
Ten derde moet de debiteur (subjectief en objectief) ter goeder trouw handelen. Subjectief: de debiteur mag niet zelf de oorzaak zijn van de niet-nakoming door de tegenpartij. Objectief: de tekortkoming van de tegenpartij is ernstig genoeg om de eigen verbintenissen op te schorten.
Tot hoelang kan je als schuldenaar wachten om je verbintenissen op te schorten?
De debiteur kan wachten met het uitvoeren van zijn verbintenis totdat de tegenpartij heeft gepresteerd. Wanneer definitief komt vaststaan dat er geen nakoming van de verbintenis zal komen (bijvoorbeeld bij faillissement van de tegenpartij), dan blijft de exceptio non adimpleti contractus ook nog verder gelden. Dit geldt tevens t.a.v. derden, hierdoor krijgt de debiteur een bevoorrechte positie t.a.v. de boedel (bijvoorbeeld wanneer de gefailleerde tegenpartij meerdere schuldeisers had).
De exceptio non adimpleti contractus blijft ook gelden t.a.v. de persoon die de schuldvordering overneemt van de tegenpartij.
Artikel 5.239 BW
Het nieuwe artikel 5.239 BW, dat in werking trad op 1 januari 2023, neemt de geldende voorwaarden (die men in de rechtsleer en de rechtspraak heeft ontwikkeld) over. Alsook voert het iets nieuws in, namelijk de exceptie van vrees (art. 5.239, §2 BW). De exceptie van vrees is het recht voor een partij de nakoming van haar verbintenis te schorsen (ook al is deze opeisbaar), wanneer er sprake is van een “voortijdige niet-nakoming” in hoofde van de tegenpartij.